Waarom geeft de gemeente Medemblik geen uitvoering aan de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep, de hoogste bestuursrechter?

MEDEMBLIK – Dat is wat een hulp bij het huishouden van een kwetsbare 78-jarige dame uit de gemeente Medemblik zich openlijk afvraagt. De dame woont nog zelfstandig en krijgt vanuit de Wmo ondersteuning en hulp bij de persoonlijke verzorging vanuit Omring.

Bij de hulp in de huishouding kan de gemeente Medemblik kiezen uit twee opties, een goedkope en een dure vorm, deze vorm heet ‘vergoeding in natura’, hier maakt de gemeente Medemblik het meest gebruik van. De andere vorm is het inkopen van hulp bij het huishouden via hst sociaal netwerk van diegene die een beschikking heeft gekregen, dit gebeurt dan via een PGB, een Persoonsgebonden Budget.

Wmo kost Medemblik jaarlijks vele miljoenen

En juist hier zit volgens de hulp de kneep van het probleem. Ondanks dat het veel goedkoper kan via een PGB blijft de gemeente Medemblik gebruikmaken van de vergoeding in natura. In een brief schrijft de hulp bij het huishouding (Naam bekend bij de redactie): “Wanneer we naar het afgelopen jaar kijken kunnen we stellen dat er Euro 100.000,- teveel is uitgegeven door inkoop van hulp bij het huishouden bij gecontracteerde zorgaanbieders zoals o.a. T-Zorg. Het zorgbedrijf dat naast het stadhuis is gevestigd.

De hulp in de huishouding vraagt zich dan ook af waarom de gemeente Medemblik nog steeds gebruikmaakt van deze dure vorm van hulp bij het huishouden, 99% van de aanvragen wordt hulp in natura en geen PGB.

50% goedkoper per uur

Volgens de hulp bij het huishouden was inzet van een hulp uit het sociale netwerk het afgelopen jaar 50% goedkoper dan de vergoeding in natura bij een gecontracteerde zorgaanbieder. Een hulp uit het sociale netwerk kost € 17,- per uur, via een gecontracteerde aanbieder kost deze zelfde hulp ineens € 34,- per uur.

Afgelopen augustus heeft de Centrale Raad van Beroep (CRvB) een uitspraak gedaan over de hoogte van het uurloon van iemand die via het PGB wordt betaald. De raad besloot dat dit een te lage beloning is en moet worden opgetrokken naar minimaal de hoogte van het uurloon van de hoogste periodiek behorende bij hulp bij het huishouden van de voor de betreffende periode geldende cao VVT, te vermeerderen met vakantietoeslag en de tegenwaarde van de verlofuren.

In de brief schrijft de hulp bij het huishouden: “In augustus heb ik in mijn rol als hulp bij het huishouden bij een kwetsbare 78-jarige inwoonster van de gemeente Medemblik gevraagd om het uurloon op te trekken naar het loon zoals benoemd in de uitspraak. De afdeling Wmo heeft gereageerd dat het in behandeling is en dat ik er nog van zou horen. Ik heb 3 maanden gewacht maar niets meer vernomen van de afdeling Wmo. Eind november ben ik zelf maar weer in de pen geklommen en geeft de afdeling Wmo wederom niet thuis.”

Waarom voert de afdeling Wmo niet de uitspraken van de hoogste bestuursrechter uit?

Kijkend naar het nieuwe uurtarief dat is vastgesteld door de CRvB in augustus voor de goedkopere vorm van inzet Hulp bij het huishouden via het PGB dan is deze vorm van hulp nog steeds 35% goedkoper dan inkoop van hulp bij het huishouden bij zorgaanbieders als T-Zorg. De vrouw vraagt zich dan ook openlijk af waarom haar cliënt die in de categorie van mensen die onder het armoedebeleid vallen nu een aanvraag moet indienen bij de afdeling bijzondere bijstand voor een vergoeding rechtsbijstandskosten om te kunnen procederen tegen de gemeente Medemblik om zo Medemblik te dwingen zich aan de uitspraak van het CRvB te houden.