HHNK gaat de broeikasgassen methaan en lachgas die vrijkomen bij het zuiveringsproces en de slibverwerking drastisch omlaag brengen

WERVERSHOOF – Hoe groot de emissies op de 350 Nederlandse rioolwaterzuiveringen (rwzi’s) zijn, wordt nog onderzocht. HHNK wil deze emissies echter meteen aanpakken en in 2030 80% minder methaan en 50% minder lachgas uitstoten. 

De wereldwijde uitstoot van broeikasgassen zorgt voor een verdergaande klimaatverandering. Gevolgen zijn onder meer zeespiegelstijging, extreme droogte en overvloedige neerslag met alle schadelijke gevolgen van dien. Ook in het zuiveringsproces en de slibverwerking komen broeikasgassen vrij. HHNK zal vooruitlopend op landelijk onderzoek waar mogelijk op korte termijn maatregelen treffen. Tegelijkertijd zijn middelen vrijgemaakt voor nader onderzoek op de eigen zuiveringslocaties om kennis rond deze emissies te vergroten om gericht acties te kunnen nemen. 

Emissies

In verschillende fases van het zuiveringsproces en de slibverwerking komt methaan vrij. Dit broeikasgas is 28 keer sterker dan CO2. Lachgas wordt gevormd in de beluchtingstanks als onderdeel van de biologische stikstofverwijdering. Ook lachgas ontsnapt naar de atmosfeer en zelfs 265 keer sterker dan CO2. Naar de omvang van deze emissies wordt op dit moment landelijk niveau onderzoek gedaan. Lopende dit onderzoek is al duidelijk dat de emissies aanzienlijk zijn.

Duurzame toekomst

Waterschapsbestuurder Marjan Leijen: “De waterschappen werken hard aan de kennisontwikkeling rond deze emissies. Dat is belangrijk en daar gaan we als sector mee door. Tegelijkertijd kunnen we nu al veel doen. HHNK neemt daarom op korte termijn maatregelen om de uitstoot van methaan en lachgas terug te dringen. Dat kan bijvoorbeeld door de zuurstofinbreng in de zuivering anders in te regelen of door het afdekken, afzuigen en behandeling van lucht op de rwzi’s. Op de langere termijn gaat het om de renovatie en nieuwbouw van zuiveringen. Omdat we vijftien zuiveringen hebben die onderling verschillen, doen we ook onderzoek naar de lokale situatie, zodat we specifieke maatregelen kunnen treffen. Naast onze inspanningen om energieneutraal te zijn in 2025, is het van belang dat wij ook de emissies op de zuiveringen drastisch terugbrengen. Zo werken we aan duurzame toekomst voor ons beheergebied.”