WERVERSHOOF – Het Dealerbandenhotel (DBH) BV aan de Nijverheidsweg in Wervershoof wil dat de rechter een streep haalt door de extra brandveiligheidseisen die de gemeente Medemblik heeft gesteld om de milieugevolgen van een brand zoveel mogelijk te beperken. De partijen stonden maandag recht tegenover elkaar bij de rechtbank in Haarlem om hun standpunt te bepleiten.

DBH heeft in Wervershoof in totaal 35.000 autobanden opgeslagen. Volgens een brandadviseur van het bedrijf zijn er drie aparte ruimten waarin ruim 10.000 banden liggen. Die ruimten zouden brandwerende wanden hebben die vuur een uur lang zouden tegenhouden.

Een medewerker van de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord bestreed dat op de zitting. Volgens hem gaat het om één grote ruimte. Medemblik is bang dat er een milieuramp ontstaat als de bandenopslag in brand vliegt. Daarom zijn enkele jaren geleden aanvullende voorwaarden gesteld, waaronder in totaal tien aparte ruimten die brand drie uur lang kunnen tegenhouden.

Het opslagbedrijf vindt die eisen absurd. Zijn advocaat zei maandag dat uitvoering van de eisen 2,5 miljoen euro kost. Volgens hem gaat het bedrijf daardoor failliet. De raadsman van Medemblik zei daarop dat de vereiste maatregelen niet zo duur hoeven te zijn.

Tekst gaat verder onder de advertentie

DBH stelde zich op het standpunt dat de brandveiligheid van de opslag al in het Bouwbesluit is geregeld en dat extra eisen daarom overbodig zijn. ,,De kans op een brand is al enorm klein”, zo sprak de raadsman van het opslagbedrijf. ,,Extra voorwaarden zijn daarom helemaal niet nodig.”

De veiligheidsadviseur van DBH voegde eraan toe dat er altijd schadelijke stoffen vrij komen bij een brand. ,,Dat gebeurt ook bij een barbecue.” De rechtbankvoorzitter vond die vergelijking wat vergezocht. ,,Je kunt een brand van 35.000 autobanden toch moeilijk vergelijken met een barbecue.”

De rechtbank moet nu gaan oordelen of Medemblik terecht extra voorwaarden heeft gesteld aan de opslag van autobanden. De uitspraak staat voorlopig op 22 juli, maar de voorzitter zei niet uit te sluiten dat dit later zal worden.