REGIO – Op 11 april 2011 besloot Gedeputeerde Staten van Noord-Holland geen nieuwe megastallen toe te staan in de provincie Noord-Holland. Rond 25 mei 2011 besloot Provinciale Staten dat bestaande intensieve veehouderijen in Noord-Holland mochten uitgroeien tot megastallen. Daarboven kon het provinciebestuur ontheffing verlenen. In het zuidelijke deel van de provincie, onder Alkmaar, werd de maximumomvang van de agrarische bedrijven anderhalve hectare. De SP sprak zich destijds uit tegen deze ontwikkeling.
Bijna verdrievoudigd van 10 naar 29
Anna de Groot, fractielid van de SP zegt hierover: “Megastal lijkt te slaan op het aantal dieren, terwijl de PRV aan de omvang van het bouwperceel regels en voorwaarden stelt, onafhankelijk van het aantal dieren. De PRV kent wel een definitie van de term ‘intensieve veehouderij’. Zoals bekend is de nieuwvestiging van intensieve veehouderijen in ons ruimtelijk beleid niet toegestaan. In 2019 kwam de Wur, die in opdracht van Wakker Dier onderzoek deed, tot de conclusie dat het aantal megastallen tussen2010 en 2017 verdubbelde, van 10 naar 20.“
Anna de Groot wil nu van de Gedeputeerde Staten weten of zij het met de SP eens is dat er tussen 2011 en 201 wel degelijk een groei van het aantal intensieve veehouderijen in Noord-Holland heeft plaatsgevonden. De Groot vraagt zich dan ook af of dit uitsluitend het gevolg is van verplaatsing van bestaande intensieve veehouderijen en wil hierover een reactie van de Gedeputeerde Staten. Als dit niet zo is dan wil De Groot opheldering hoe het dan mogelijk is dat het aantal intensieve veehouderijen is gegroeid.
Daarnaast wil De Groot ook weten of er intensieve veehouderijen zijn die op meerdere plaatsen zijn gehuisvest en hoeveel intensieve veehouderijen zijn verplaatst naar andere locaties.
Begrip megastal
Anna de Groot schrijft in de brief aan de Gedeputeerde Staten: ‘Blijkbaar is er een paradigmadiscussie mogelijk over de begrippen ‘megastal’ en ‘intensieve veehouderij’. Wakker Dier hanteert de volgende definitie van het begrip megastal: “Er is sprake van een megastal wanneer een veehouder op één locatie meer dieren houdt dan 7.500 vleesvarkens, 1.200 zeugen (moedervarkens), 120.000 legkippen, 220.000 vleeskuikens, 250 melkkoeien, 2.500 vleeskalveren of 1.500 geiten (Gies 2015). Deze grenzen per diercategorie zijn destijds gekozen omdat bij deze grootte de agrarische bouwblokken, die doorgaans 1 a 1,5 hectare bedragen, maximaal benut worden. Een megastal was destijds drie keer groter waren dan wat gangbaar was.
Bij megastallen wordt uitgegaan van een groot aantal dieren op één locatie in één grote stal (met meerdere verdiepingen), of een concentratie van kleinere stallen op hetzelfde erf (Gies et al. 2007).” U hanteert voor het begrip ‘intensieve veehouderij’ de volgende definitie: “een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf dat slacht-, fok-, leg-, pels- of melkdieren houdt, zonder of nagenoeg zonder weidegang of vrije uitloop, met uitzondering van veehouderij waarin producten worden vervaardigd die gecertificeerd zijn volgens in Nederland geldende regelgeving van de Europese Unie voor biologische producten en met uitzondering van viskwekerij.” Is het mogelijk om een definitie van het begrip ‘intensieve veehouderij’ te maken waarin tevens de maatstaven voor het begrip ‘megastal’ zijn opgenomen? Zo ja, kunt u een voorstel doen?‘
Intensieve veehouderij geen megastal en megastal geen intensieve veehouderij
Deze conclusie stelt De Groot en wil van de Gedeputeerde Staten weten hoeveel en welke intensieve veehouderijen in de provincie Noord-Holland voldoen aan de definitie van ‘megastal’ van Wakker Dier.
De Gedeputeerde Staten hebben 30 dagen om te reageren