MEDEMBLIK – De nieuwe regels omtrent de winkels in West-Friesland heeft bij velen kwaadbloed gezet, vooral de boerderijwinkels lijken slachtoffer te gaan worden van deze nieuwe maatregelen. Zij mogen straks enkel nog eigen producten verkopen en mogen enkel familieleden en/of personeel de stalletjes bestieren.
Een boerderijwinkel is voor veel boeren een manier om financieel de eindjes aan elkaar te knopen omdat de inkomsten uit de ‘gewone’ landbouw daalt, mede door misoogsten.
Dit is tegen het zere been van Hart voor Medemblik die tijdens de raadsvergadering van vanavond, donderdag 23 januari, met een motie zal komen die er voor moet gaan zorgen dat de boerderijwinkels de toekomst weer met een glimlach tegemoet kunnen zien.
Volgens fractievoorzitter Tjeu Berlijn gaan de nieuwe regels compleet voorbij aan de unieke waarde van boerderijwinkels. Berlijn: “Ze zijn belangrijk voor de lokale economie, versterken de band tussen boer en consument, en zorgen ervoor dat ondernemers elkaar helpen. Gemeenten moeten beleid maken dat deze winkels ondersteunt en laat groeien, niet dat ze hun voortbestaan onmogelijk maakt.”
In de motie roept Hart voor Medemblik op om verruiming van het toegestane aandeel niet-eigen producten in het assortiment van 10% naar minimaal 50% op te trekken om zo samenwerking met andere lokale ondernemers te stimuleren. Ook roept de motie op om een verhoging van de maximale vloeroppervlakte naar 100m² zodat de winkels aantrekkelijk blijven en een breder assortiment kunnen aanbieden.
In de motie roept Hart voor Medemblik verder op dat er een vrijstelling moet komen voor personele regels en dat er regionaal beleid moet komen waarin boerderijwinkels worden ondersteunt zodat hun toekomst gewaarborgd is.