MEDEMBLIK – We gaan ver terug in de tijd, naar de latere middeleeuwen, naar 20 juni 1704 om precies te zijn. De dag dat Maria ter Meetelen als dochter van Casper ter Meetelen en Lucretia van der Heijden werd geboren. Op haar 21e trok ze mannenkleding aan en maakte een reis door Frankrijk en Spanje om zich in 1726 als soldaat aan te melden bij het Spaanse leger maar daar werd ze ontmaskerd waarna ze vermomd als non verder reisde naar Madrid.
In Madrid leerde ze de Alkmaarse koopman Claes van der Meer kennen en trouwde niet veel later met hem. Het tweetal vertrok vanuit de havenstad Cadiz naar Nederland maar voor de kust van Portugal werd hun schip overvallen door kapers uit Marokko en ontvoert naar Marokko waar ze tot slaaf werden gemaakt.
In haar boek schrijft Maria: “Zodra de Marokkanen aan boord van ons schip kwamen, trokken ze de kleren van mijn man, de kleren van de kapitein en de rest van de passagiers uit, en onmiddellijk kwam een zwarte man de hut binnen en plunderde alles.” Ze beschrijft haar gevoelens als volgt: “Ik hoorde geen enkel spoor van mijn metgezellen en ik dacht dat ze op dat moment gestorven waren, dus besloot ik in de onderste slaapcabine te sterven… Ik was niet bang om door hen gedood te worden, maar waar ik vooral bang voor was, is dat ze mij zouden verkrachten.”
Marokko
Het schip arriveerde op de laatste dag van juli 1731 bij de stad Salé. De piratenkapitein riep Maria bij zich en liet haar kleren zien die hij voor haar van de bemanning had teruggekocht. Hij gaf het haar niet terug uit angst dat het weer gestolen zou worden, maar hij beloofde haar dat toen ze naar de koning gingen.
Maria vertelt verder over haar tijd in Marokko: “Ik werd wakker en keek een tijdje om me heen en zag Marokkanen rond paraderen in hun beste kleren, vrolijk dansen en veel lawaai maken. Anderen droegen mijn wijde rokken en dansten erin, en uiteindelijk sneden ze ze stuk voor stuk af en gooiden ze overboord voor de walvissen.’
Maar het lijkt erop dat Maria toen speciale aandacht kreeg van de piratenkapitein, in tegenstelling tot haar man en de kameraden… ‘Hij bracht me alles wat ik wilde, en hij kwam vier of vijf keer per dag persoonlijk langs om me te zien en te vragen of ik iets nodig had. Ik weigerde niets, en aangezien mijn man en de rest van de mannen geen eten kregen, bracht ik ze ‘s avonds wat ik overdag kreeg om te eten‘, zegt Maria.
Ze viel daarna al snel in de smaak bij Sultan Abdallah van Marokko en die wilde haar in zijn harem opnemen maar alleen als ze moslim werd en dat wilde ze niet ondanks stevig aandringen van vijf van zijn vrouwen. Maar Maria deed net of ze zwanger was waarna de Sultan van haar afzag. Haar echtgenoot was ondertussen gestorven en moest Maria op zoek naar een nieuwe echtgenoot. Toevallig was Pieter Jansz uit Medemblik waarmee ze ging trouwen.
In 1743 werd het echtpaar vrijgekocht door de Republiek der Nederlanden waarna ze terugkeerden naar Nederland en zich in Medemblik gingen vestigen. Pieter monsterde zich 2 jaar later aan op een schip van de VOC en Maria besloot haar herinneringen aan haar slaventijd op papier te zetten. Pieter overleed in 1750, haar kinderen waren al eerder gestorven. Maria besloot daarop te verhuizen naar de Nederlandse kolonie in Zuid-Afrika, daarvoor had ze eerste en bewijs van goed gedrag nodig van de burgemeester van Medemblik die ze ook kreeg. Hoe het verhaal van Maria van Meetelen schrijven de geschiedenisboeken niet.
Straatnaam
Aankomende zondag zal in het programma Dijkstra & Evenblij Ter Plekke, dat wordt uitgezonden vanuit Rumours aan de Nieuwstraat aandacht worden besteed aan Maria ter Meetelen en wordt er ingegaan of er geen straatnaam naar haar moet worden vernoemd. Els Knaapen pleit voor een straatnaam voor Maria ter Meetelen.
Bron: Wikipedia/Historiek/
Op de afbeelding bovenaan : Maria ter Meetelen aan boord van het piratenschip dat haar naar Marokko bracht. Op de afbeelding hieronder de kaft van haar boek.