WOGNUM – De Hoornseweg in Wognum blijft de gemoederen stevig bezighouden, is het niet de veiligheid van de voetgangers en fietsers die in het geding is, dan is het wel de snelheid waarmee automobilisten, motorrijders en zelfs (opgevoerde) bromfietsen over de Hoornseweg jakkeren. De maximum snelheid van 50 km/u is voor de overgrote meerderheid van de gebruikers een lachertje en trappen het gaspedaal nog eens dieper in.
De omwonenden van de Hoornseweg in Wognum zijn daarom nog maar weer eens in de pen geklommen en een brief naar het college gestuurd of hier niets aan gedaan kan worden, of zoals de briefschrijver schrijft: “Het is hartje zomer. ’s Avonds langer licht. De gordijnen blijven ook langer open. En dan zie je ze voorbijflitsen. Op een warme zomeravond kun je ze buitenshuis ook van verre horen aankomen. Er wordt gescheurd, zowel door automobilisten, motorrijders als bromfietsers. De weg kent dan vrijwel geen andere gebruikers, dus…. twee lange rechte stukken en een “goed lopende” bocht halverwege. Mooier kan toch niet. Alleen de Westfriese Omringdijk is lekkerder.“
Handhaven op de snelheid is volgens de bewoners een utopie, er zijn niet genoeg handhavers en daarnaast is het ook al 30 jaar geen prioriteit, ‘er gebeurt toch nooit iets’, aldus de briefschrijver.
Een flitspaal is ook al geen optie omdat de opbrengsten van zo’n flitspaal niet de gemeentelijke kas spekt maar de staatskas en geeft ook geen oplossing voor de langere termijn. Voor de omwonenden van de Hoornseweg rest niets anders dan wachten dat het herfst wordt, ‘buiten zitten kan niet meer en de gordijnen gaan weer dicht. Wat resteert is de ergernis en frustratie. Inderdaad. Het is wachten op iets dat voor bestuurders en beleidsbepalers wel telt: brokken met persoonlijk leed. Dan heet het “de macht over het stuur verloren”, hetgeen verward wordt met “de grip op het gaspedaal kwijt’. Een deugdelijke analyse van de oorzaak blijft onbekend of verdwijnt om privacy-redenen in een dossier.‘ besluit de briefschrijver, duidelijk niet in zijn sas met de gemeente Medemblik.
