Een beklemmende en toch ook luchtige monoloog van Debby Petter over een vrouw die opgroeit in een diepgelovige en bange gemeenschap. Een sekte waar God alles wat leuk is verboden heeft. Vanaf haar zestiende wist ze dat ze weg wilde uit dit ronduit beklemmende milieu, maar dat lukt haar pas jaren later als ze zelf moeder is. Ze vlucht en neemt alleen haar zoon mee. Daarna breekt iedereen met haar.
En dan begint het pas. Hoe vrij is dat leven waar ze zo naar verlangde? Dat leven zonder regels en enig houvast. Hoe begin je na je dertigste geheel opnieuw? Wie worden je vrienden? Wie was je? Wie ben je? Wie wil je worden? Hoe leef je een leven dat altijd streng verboden was? Er volgt een zoektocht in een donker woud vol vraagtekens en erg weinig antwoorden.
Alles komt in deze voorstelling langs. Van Ruinerwold tot de Jehova’s. Maar ook de wereld zonder enig geloof komt ter sprake. Hoe vrij ben je daar eigenlijk? Zit niet iedereen een beetje ingesnoerd? Is ieder gezin niet ook een kleine sekte? Wat zijn de regels op je werk? Snakken we indirect niet allemaal naar discipline en beperkingen? Hoe vrolijk mag je over dit soort zaken praten?
Debby vertelt het verhaal vol humor over geloof, wanhoop en liefde. En of je er wijzer uitkomt? Nee. In tegendeel. Maar een ding weet ze zeker: Zelfs God kan er om lachen. En huilen.
Tekst: Debby Petter (met tekstbijdragen van Youp van ’t Hek)
Regie: Maarten Mourik
Een voorstelling met het thema geloof in de Theaterkerk, dat wordt vast interessant!