Het gemeentehuis is het middelpunt van een fel politiek debat. De geplande renovatie – een project ter waarde van circa 18 miljoen euro – is voor sommigen nodig voor vooruitgang, voor anderen een symbool van buitensporigheid. Maar wat is nu de werkelijke kern van deze discussie?
Het project behelst meer dan het simpelweg opknappen van het gebouw. De helft van het budget is gereserveerd voor broodnodige technische installaties en 5,2 miljoen euro voor achterstallig onderhoud. Het gaat om een duurzame transformatie. Het doel is niet alleen een moderne, energieneutrale werkplek te creëren voor 430 ambtenaren, maar ook om op termijn flink te besparen op energiekosten en de verhuurinkomsten te verhogen. De mogelijke verhuizing van de raadszaal schept ruimte voor een werkcafé en ontmoetingsplek – een investering in een organisatie die kan leveren.
Toch zijn er partijen die de plannen afdoen als ‘megalomaan’. Met het vooruitzicht van zogenaamde ‘ravijnjaren’, waarin de rijksinkomsten onder druk staan, wordt gevreesd dat de renovatie ten koste gaat van maatschappelijke projecten. Dit argument klinkt alarmerend, maar houdt geen stand. Het geld voor de renovatie is grotendeels al gereserveerd, en andere cruciale investeringen – in het zwembad, dorpshuis, sporthal, scholen en het sociaal domein – blijven onaangetast.
Kritiek en een gezonde politieke discussie zijn belangrijk. Maar door de renovatie tot een politieke speelbal te maken, raakt het grotere plaatje uit zicht. Dit project is geen ondoordachte luxe-uitgave, maar een verstandige investering in de toekomst. Net zoals mensen hun eigen huis renoveren om onderhoudsproblemen voor te zijn en de waarde te behouden, zo investeert de gemeente in haar eigen toekomst. Dit gebouw moet weer meegaan tot minstens 2047. Die lange termijn vraagt om visie en durf.
Het is verleidelijk om in tijden van onzekerheid iedere euro tien keer om te draaien. Maar soms is het juist dan belangrijk om te investeren in een solide basis voor de toekomst. Deze renovatie is niet alleen een keuze voor nu, maar voor een stabiele modern gemeente de komende 20 jaar.
Co Vlaar, fractievoorzitter D66
