Gemeente Medemblik zet Stichting Oud Wervershoof op zijspoor en neemt historische spullen in beheer

WERVERSHOOF – De Stichting Oud Wervershoof heeft 10 jaar lang het oude Raadhuis van Wervershoof gehuurd. Maar op 1 januari 2012 is het pand verkocht aan Botman Bouw uit Wervershoof die het lopende contract zou eerbiedigen, dit contract loopt af op 31-12-2021. Maar Botman Bouw besloot volgens de stichting het contract open te breken en al per 1 januari 2021 de huur op te zeggen.. De stichting heeft hier bezwaar tegen gemaakt en ook diverse juristen hebben de contacten doorgenomen en geven allemaal de stichting gelijk.
Ondertussen heeft de stichting diverse gesprekken gevoerd om samen uit de impasse te komen waarbij de stichting soms hulp kreeg van juristen van de gemeente Medemblik maar dit alles zonder enig resultaat. De verhuurder bleef volhouden dat de stichting per 1 januari 2021 uit het oude Raadhuis moest vertrekken. Natuurlijk had de stichting dit alles kunnen aanvechten en waren dan ook vrijwel zeker in het gelijk gesteld maar het bestuur besloot dit niet te doen gezien de juridische kosten en de negatieve energie die het zou kosten, het was het niet waard geweest.
Wel kreeg de stichting een nieuw contract aangeboden van de eigenaar van het pand maar eentje voor de periode van een half jaar en met een huurprijs die verdubbeld werd met een 3 maanden opzegtermijn van de verhuurder. De stichting zou dus 3 maanden voor het einde van het huurcontract alsnog moeten vertrekken als er een andere huurder zou komen die meer zou betalen, maar ook stonden in het contract diverse randvoorwaarden waar het bestuur van de stichting Oud Wervershoof niet akkoord mee kon gaan. De stichting moest dus met grote spoed op zoek naar een andere opslagruimte in Wervershoof.
Het bestuur van de stichting zegt hierover: ‘Als enige optie bleef, na lang zoeken en informeren, een paar vierkante meter opslagruimte op de zolder van Sociaal Cultureel Centrum de Schoof over. Dit had tot gevolg dat wij slechts een klein gedeelte van onze spullen uit het archief mee konden nemen naar de nieuwe locatie. Per 1 mei is ons archief noodgedwongen verhuisd naar de Schoof. Wat overbleef was de kunstcollectie en de inventaris van het raadhuis die wij in bruikleen hadden gekregen van de gemeente (Medemblik). Hiervoor waren wij met de gemeente per 1-1-2011 een bruikleenovereenkomst aangegaan voor onbepaalde tijd. Deze overeenkomst had betrekking op alle spullen die na de verhuizing van het gemeentelijk apparaat in het oude gemeentehuis achter zouden blijven. Naast allerlei meubilair betrof dit o.a. ook de schilderijen van Cornelis van Rootselaar, die door de familie van Rootselaar ooit zijn geschonken aan de gemeente Wervershoof.
Het bestuur besloot hierop met de gemeente in overleg te aan wat zij met deze situatie aan moesten. Na ampel overleg werd besloten dat alle in bruikleen zijnde spullen terug te brengen naar een ruimte in het gemeentehuis in Wognum. Iets dat wel koud op het dak van de gemeente Medemblik viel maar het was de enige optie die nog open stond omdat er geen opslagruimte voor handen bleek te zijn in Wervershoof.  De ambtenaar van de gemeente Medemblik gaf aan een “Stichting tot behoud van het oude Raadhuis” te willen oprichten en daar alle spullen in onder te  brengen. Maar daar was de stichting het niet mee eens
Het bestuur zegt hierover: ‘De doelstelling van Stichting Oud Wervershoof is het cultureel erfgoed van het dorp Wervershoof voor onze gemeenschap te behouden en door te geven aan het nageslacht. Daarbij wil de Stichting de belangstelling voor en de studie van de geschiedenis van  de oude gemeente Wervershoof stimuleren. De historische gegevens van haar werkgebied wil zij beheren en uitbreiden en alle verdere zaken, die met het vorige verband houden, behartigen. De Stichting heeft deze doelstelling in haar statuten vastgelegd en deze krijgt concrete vorm in de activiteiten die op de website worden vermeld. Daar (bekend bij de griffie) opeens meldde bij de gemeente dat (bekend bij de griffie) alle spullen wilde hebben leek het alsof onze bruikleenovereenkomst ineens niet meer bestond. (bekend bij de griffie) nam half juni contact met ons op omdat hij met beide partijen een gesprek wilde voeren om tot elkaar te komen.
Na afloop zei (bekend bij de griffie) dat het de beste optie leek dat wij als historische stichting de verantwoording zouden krijgen met de optie om de inventaris uit te lenen aan derde partijen, zoals (bekend bij de griffie). Ook is de optie genoemd om de schilderijen van Cornelis van Rootselaar eventueel onder te brengen bij het Westfries Museum. (bekend bij de griffie)zou vóór 8 juli (het begin van zijn vakantie) aan ons laten weten hoe een en ander geregeld ging worden. Op dat antwoord hebben wij 3 maanden gewacht maar toen dit uitbleef heeft (bekend bij de griffie) begin oktober zelf weer contact gezocht met de gemeente om te horen hoe een en ander nu geregeld ging worden. Groot was de verbazing toen hij de volgende reactie op 12 oktober kreeg via de mail:
Goedemorgen
Aller eerst excuus voor mijn late mail. Na het overleg met jou, heb ik ook overleg gehad met (bekend bij de griffie), om (bekend bij de griffie) verhaal te beluisteren. Na beide gesprekken werd het me duidelijk dat een verzoening niet meer aan de orde is. Dit heb ik overlegd met mijn collega’s en hen geadviseerd een deel van de spullen retour te doen naar het gemeentehuis, omdat ze daar beter tot hun recht komen, dan dat het hier in de kelder van het gemeentehuis in Wognum staat. Dit heb ik (bekend bij de griffie) ook meegedeeld. Daarnaast zijn er mijns inziens enkele spullen die makkelijk bij jullie kunnen worden opgeslagen. De overige schilderijen en foto’s blijven dan in de kelder in opslag. In de tussentijd heeft (bekend bij de griffie) mij weer benaderd en vindt dat ook de schilderijen van Rootselaar weer retour moeten. (bekend bij de griffie) heeft hierover ook de nabestaanden van de familie Rootselaar benaderd, om hun mening te vragen in deze. Collega (bekend bij de griffie) daarna heeft een gesprek gehad met enkele familieleden Rootselaar en hen gevraagd wat zij hiervan vinden. Zij hebben akkoord gegeven voor het in beheer geven van de schilderijen van (bekend bij de griffie) aan (bekend bij de griffie), om het gemeentehuis weer aan te kleden. Door (bekend bij de griffie) wordt een contract opgesteld, waarin deze zaken worden geregeld. Vanmiddag hebben wij nog een overleg over de verdere  afwikkeling en kom daarna bij jou terug om je exact te melden welke stukken retour naar jullie kunnen en welke stukken naar (bekend bij de griffie) gaan.’
Voor het bestuur van de stichting is het onbegrijpelijk en een openbaar bestuur onwaardig dat er zo met de stichting wordt omgegaan en dat de gemeente Medemblik zonder de stichting te informeren hoe één en ander geregeld zou gaan worden zonder dat de stichting bij is betrokken geweest.
Voor zover wij kunnen nagaan wordt er door (bekend bij de griffie)ook niet meer gesproken over het oprichten van een “Stichting tot behoud van het oude Raadhuis”. (Het pand is langdurig verhuurt als kantoorruimte en restaurant) (bekend bij de griffie) heeft nu blijkbaar een goede ingang bij de gemeente gevonden en de toezegging gekregen dat alle meubilair (waaronder een aantal waardevolle zaken, zoals een staande klok met een getaxeerde waarde van ca. € 15.000,-) teruggaat naar het oude raadhuis. Naast het meubilair zijn inmiddels ook de schilderijen van Cornelis van Rootselaar aan (bekend bij de griffie) toegezegd (getaxeerde waarde ca. € 3.500,-). Dit is volgens (bekend bij de griffie) in overleg gegaan met de nabestaanden van de familie van Rootselaar maar aangezien de schilderijen ooit geschonken zijn aan de gemeente Wervershoof, zouden zij hierin geen partij meer mogen zijn. Volgens (bekend bij de griffie) wordt er een nieuwe bruikleenovereenkomst aangegaan met (bekend bij de griffie) (als privé persoon?). Een hele vreemde zaak aangezien de oude bruikleenovereenkomst met onze stichting volgens ons nog steeds rechtsgeldig is!,‘ aldus het bestuur van de Stichting Oud Wervershoof